De stad op de berg
De strijd om 'Leuven Vlaams' maakte niet alleen een einde aan een tweetalige, unitaire universiteit, in 1968 werd ook een regime van autoritaire monseigneurs en statusgevoelige professoren ten grave gedragen. In de euforie om de autonomie koos de nieuwe, Nederlandstalige universiteit voor de vlucht vooruit: tegen de behoudsgezinde krachten presenteerde zij zich als een jonge, dynamische instelling, bevolkt door carrièreprofessoren en studenten die de hemel bestormden. Dat revolutionaire elan werd in het midden van de jaren 1970 gebroken. De academische gemeenschap was verbrokkeld geraakt, er heerste een 'financiële mist', de universitaire structuren riepen veel onvrede op. Pas in het midden van de jaren 1980 kwam aan deze ontnuchtering een einde. De universiteit werd als het ware heruitgevonden en de toekomst werd door een reeks grote operaties verzekerd. Het onderzoek werd geprofessionaliseerd, het onderwijs verruimd. Tegelijkertijd werd steeds meer belang gehecht aan open contacten met de samenleving waarin de universiteit haar werk deed. Op het einde van de jaren 1990 werd de horizon nog veel weidser. 'Bologna' en de Associatie gaven de Leuvense universiteit een andere plaats in het kennislandschap. Er werd gezocht naar een nieuwe bestuurlijke cultuur, er werd gedebatteerd over competitiviteit en excellentie, er werd gesleuteld aan een internationaal profiel. De stad op de berg vertelt een verhaal van professoren en studenten, maar ook van laboranten, bibliothecarissen en conciërges. Het is het verhaal van een strijd om zelfstandigheid, van contestatie en verzakelijking, van roeping en beroep. In dit boek wordt bericht over de bouwwoede van rectoren en het prestige van eeuwenoude colleges, over medische zorg en een steeds specialistischer wordende wetenschap, over onderzoekstriomfen en didactische catastrofes, over niet aflatend engagement en tanende academische rituelen.
Auteur | | Jo Tollebeek |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Kunst & Fotografie |