Mensen kunnen ziek worden, en dan zijn er dokters om hen te helpen. Maar wat gebeurt er als de dokter zelf ziek wordt? Blijft hij als patiënt nog dokter? Geneest hij zichzelf? Krijgt hij een voorkeursbehandeling?
In dit boek beschrijven negentien artsen hun eigen ervaringen met een - soms ingrijpende - ziekte. Zij zijn gewend om naast het ziekbed te staan, maar liggend in datzelfde ziekbed ziet het leven er ineens totaal anders uit. Hun medische macht verandert in medische afhankelijkheid, en dat is een situatie die maar weinigen geduldig aanvaarden. Vaak ontkennen artsen hun ziekte, en gaan zij eerst zelf dokteren. Pas als dit niet helpt zoeken zij professionele hulp, en dan meestal bij een bevriende specialist. Maar ook dit betekent niet dat onderzoek en behandeling dan zomaar normaal verlopen...
De bijdragen worden bespiegeld door een cardioloog, een psychiater, een internist, een huisarts en een verhalendeskundige. Zij analyseren de arts als patiënt, geven aanwijzingen voor de behandeling van een zieke collega, en pleiten voor een geneeskunde die met compassie wordt uitgevoerd én ondergaan.