Door uit 24 eeuwen westerse filosofiegeschiedenis tien filosofen te kiezen biedt het boek tien momentopnamen van de ontwikkelingsgang van het westerse denken. Thema's die Plato, Aristoteles, Descartes, Hume, Kant, Hegel, Nietzsche, Wittgenstein, Heidegger en Lyotard aan de orde stelden, raken nog altijd de vragen die wij ons stellen over de werkelijkheid en onze verhouding hiertoe; hoe we rechtvaardig kunnen samenleven en juist kunnen handelen (ethiek is een belangrijk verbindend element in de beschouwingen), hoe rede en ervaring en ook vrijheid en noodzakelijkheid zich tot elkaar verhouden bijvoorbeeld zijn vragen van alle tijden. Anderzijds zien we ook verschuivingen in blikrichting en benadering; zo wijken de kosmische orde en zelfs het wezen der werkelijkheid op den duur voor beschouwingen die de mens zelf meer verdisconteren en over wat kennen is. Na biografische notities onderzoeken de auteurs de relatie van de wijsgeren tot het traditionele denken en wat specifiek is voor hun denken en hun bijdrage tot de filosofie. Vooral voor beginners is het boek, naast andere, heel bruikbaar.