Het geluid van vallende dingen
Het leek alsof hij nog iets wilde zeggen. Hij zei niets.
‘Maar je hebt me nog geen antwoord gegeven,’ drong ik aan. ‘Wat doe jij voor de kost?’
Er viel een stilte. Wat zal er in die twee seconden niet door zijn hoofd gegaan zijn; nu, na al die tijd, snap ik dat. De berekening, de weigering, de terughoudendheid.
‘Ik ben piloot,’ zei Laverde. ‘Ik wás piloot, beter gezegd. Ik ben nu piloot in ruste.’
‘Piloot waarvan?’
‘Piloot van dingen die vliegen.’
‘Dat snap ik, maar wat voor dingen dan? Passagiersvliegtuigen? Bewakingshelikopters? Op dit vlak ben ik ...’
‘Luister, Yammara,’ kapte hij me kalm maar beslist af, ‘ik vertel mijn leven niet zomaar aan jan en alleman. Verwar een potje samen biljarten alsjeblieft niet met vriendschap.’
Ik had me beledigd kunnen voelen, maar dat was niet zo. Ik dacht aan Elena Laverde, zijn echtgenote. Op een dag in een willekeurig jaar verdween Ricardo uit haar leven en ging hij de gevangenis in. Wat zou hij gedaan hebben? Zou zijn vrouw hem in al die jaren niet hebben opgezocht? Hoe raakte een piloot verzeild in biljartcafés in het centrum van Bogotá, waar hij zijn geld verbraste aan weddenschappen? Misschien was dat het moment waarop voor het eerst, op een intuïtieve, basale manier weliswaar, de gedachte in me opkwam die later nog in allerlei bewoordingen, soms zelfs zonder dat er woorden aan te pas hoefden te komen, zou terugkeren: Deze man is niet altijd deze man geweest. Deze man was vroeger een ander.
‘Maar je hebt me nog geen antwoord gegeven,’ drong ik aan. ‘Wat doe jij voor de kost?’
Er viel een stilte. Wat zal er in die twee seconden niet door zijn hoofd gegaan zijn; nu, na al die tijd, snap ik dat. De berekening, de weigering, de terughoudendheid.
‘Ik ben piloot,’ zei Laverde. ‘Ik wás piloot, beter gezegd. Ik ben nu piloot in ruste.’
‘Piloot waarvan?’
‘Piloot van dingen die vliegen.’
‘Dat snap ik, maar wat voor dingen dan? Passagiersvliegtuigen? Bewakingshelikopters? Op dit vlak ben ik ...’
‘Luister, Yammara,’ kapte hij me kalm maar beslist af, ‘ik vertel mijn leven niet zomaar aan jan en alleman. Verwar een potje samen biljarten alsjeblieft niet met vriendschap.’
Ik had me beledigd kunnen voelen, maar dat was niet zo. Ik dacht aan Elena Laverde, zijn echtgenote. Op een dag in een willekeurig jaar verdween Ricardo uit haar leven en ging hij de gevangenis in. Wat zou hij gedaan hebben? Zou zijn vrouw hem in al die jaren niet hebben opgezocht? Hoe raakte een piloot verzeild in biljartcafés in het centrum van Bogotá, waar hij zijn geld verbraste aan weddenschappen? Misschien was dat het moment waarop voor het eerst, op een intuïtieve, basale manier weliswaar, de gedachte in me opkwam die later nog in allerlei bewoordingen, soms zelfs zonder dat er woorden aan te pas hoefden te komen, zou terugkeren: Deze man is niet altijd deze man geweest. Deze man was vroeger een ander.
Auteur | | Juan Gabriel Vasquez |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Literatuur & Romans |