Twee zielen in een borst
'Zwei Seelen wohnen, ach! in meiner Brust' sprak Faust. Het besef dat de moderne mens te maken heeft met tegengestelde drijfveren ontluikt met de bloeiperiode van de Romantiek. In Goethes bekende woorden weerklinkt de spanning tussen rationaliteit en irrationaliteit, tussen verstand en gevoel. Geïnspireerd door dit thema werd de Dag van de Filosofie 2012 met als titel 'Twee Zielen' georganiseerd. De bijdragen in dit boek zijn een afgeleide van de lezingen en gesprekken tijdens deze Dag.
De opening is aan Ger Groot. Hij betoogt dat filosofie zich niet langer in een monoloog kan ontvouwen, denken is op z'n minst een gesprek tussen twee zielen. Vervolgens rekent Hans Dooremalen af met het gangbare begrip van de ziel. Herman de Regt houdt een pleidooi voor de wetenschap: hoe meer we weten over de verhouding tussen verstand en gevoel, hoe meer grip we kunnen krijgen op onszelf en op de wereld. Christian Krijnen gaat na wat er universitair is aan universitair onderwijs in tijden van economisering. In het bevlogen gesprek tussen Paul Cobben en Arnon Grunberg staat de spanning van een dubbele loyaliteit centraal. Beide heren dienen immers niet alleen de schoonheid en de waarheid, zij worden ook geacht de markt gedienstig te zijn.
Het tweede deel van Twee zielen in één borst handelt over de frictie tussen universalisme en eigenheid. De huidige crisis in Europa is hiervoor exemplarisch. Ad Verbrugge gaat hier uitgebreid op in. De herinrichting van Europa gaat volgens hem voorbij aan de verscheidenheid aan culturen. Geldrationaliteit voert de boventoon en de politiek heeft hierop geen antwoord. Het ontbreekt in Europa vooralsnog aan een gedeelde ervaring van een gemeenschappelijk goed, een voorwaarde voor democratie. Ad Verbrugge wordt van repliek gediend door René Boomkens, Theo de Wit en Liesbeth Noordegraaf-Eelens.
In het kader van de Dag van de Filosofie zijn eerder verschenen Religie, Politiek & Civil Society, Wet van de Vrijheid en Lust & het Goede Leven.
De opening is aan Ger Groot. Hij betoogt dat filosofie zich niet langer in een monoloog kan ontvouwen, denken is op z'n minst een gesprek tussen twee zielen. Vervolgens rekent Hans Dooremalen af met het gangbare begrip van de ziel. Herman de Regt houdt een pleidooi voor de wetenschap: hoe meer we weten over de verhouding tussen verstand en gevoel, hoe meer grip we kunnen krijgen op onszelf en op de wereld. Christian Krijnen gaat na wat er universitair is aan universitair onderwijs in tijden van economisering. In het bevlogen gesprek tussen Paul Cobben en Arnon Grunberg staat de spanning van een dubbele loyaliteit centraal. Beide heren dienen immers niet alleen de schoonheid en de waarheid, zij worden ook geacht de markt gedienstig te zijn.
Het tweede deel van Twee zielen in één borst handelt over de frictie tussen universalisme en eigenheid. De huidige crisis in Europa is hiervoor exemplarisch. Ad Verbrugge gaat hier uitgebreid op in. De herinrichting van Europa gaat volgens hem voorbij aan de verscheidenheid aan culturen. Geldrationaliteit voert de boventoon en de politiek heeft hierop geen antwoord. Het ontbreekt in Europa vooralsnog aan een gedeelde ervaring van een gemeenschappelijk goed, een voorwaarde voor democratie. Ad Verbrugge wordt van repliek gediend door René Boomkens, Theo de Wit en Liesbeth Noordegraaf-Eelens.
In het kader van de Dag van de Filosofie zijn eerder verschenen Religie, Politiek & Civil Society, Wet van de Vrijheid en Lust & het Goede Leven.
Auteur | | |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Religie, Spiritualiteit & Filosofie |