Zinloos geweld en onderwijs
We staan in opvoeding en onderwijs voor een paradox. We gaan uit van een onberedeneerd geloof in de mogelijkheden om door schoolonderwijs te kunnen opvoeden. We worden voortdurend geconfronteerd met de onjuistheid van dit geloof, op straat, op school, in de jeugdzorg en in de reclassering. Dit brengt ons niet tot bezinning. In plaats daarvan bieden we steeds fanatieker m van het zelfde. Bijvoorbeeld om kleuters een uur per dag tijdens schooltijd te laten werken aan de computer.
Het onderwijs lijkt op een pati die met een medicijn behandeld wordt maar door de bijwerkingen zieker wordt, terwijl de niets vermoedende arts de dosering van het medicijn blijft opvoeren.
Een onderwijzer is op de eerste plaats aan de kinderen verantwoording schuldig voor wat hij is en doet als mens. Het is de kwaliteit van zijn menszijn als leraar, zijn presentie, zijn zelfdiscipline, inzet en verhouding tot de dingen. Niet primair wat hij vertelt, maar de persoon van de leraar die vertelt, handelt of iets van hem vraagt, moet door het kind geloofd, erkend en aanvaard, maar bovenal onbewust waar-genomen worden. Afhankelijk van deze innerlijke acceptatie van zijn of haar geloofwaardigheid kan de vonk van wat hij aan de orde stelt op de kinderen overslaan.
Deze kwaliteiten zijn in geen enkel systeem van kwaliteitszorg te organiseren.
J. Klaasen (1946) is na studie filosofie, pedagogie en geschiedenis ruim dertig jaar werkzaam geweest in middelbaar en hoger beroepsonderwijs als docent in genoemde vakken. Hij geeft thans lezingen en cursussen aan ouders en leraren.
Het onderwijs lijkt op een pati die met een medicijn behandeld wordt maar door de bijwerkingen zieker wordt, terwijl de niets vermoedende arts de dosering van het medicijn blijft opvoeren.
Een onderwijzer is op de eerste plaats aan de kinderen verantwoording schuldig voor wat hij is en doet als mens. Het is de kwaliteit van zijn menszijn als leraar, zijn presentie, zijn zelfdiscipline, inzet en verhouding tot de dingen. Niet primair wat hij vertelt, maar de persoon van de leraar die vertelt, handelt of iets van hem vraagt, moet door het kind geloofd, erkend en aanvaard, maar bovenal onbewust waar-genomen worden. Afhankelijk van deze innerlijke acceptatie van zijn of haar geloofwaardigheid kan de vonk van wat hij aan de orde stelt op de kinderen overslaan.
Deze kwaliteiten zijn in geen enkel systeem van kwaliteitszorg te organiseren.
J. Klaasen (1946) is na studie filosofie, pedagogie en geschiedenis ruim dertig jaar werkzaam geweest in middelbaar en hoger beroepsonderwijs als docent in genoemde vakken. Hij geeft thans lezingen en cursussen aan ouders en leraren.
Auteur | | Jan Klaasen |
Taal | | Nederlands |
Type | | Softcover |
Categorie | | Religie, Spiritualiteit & Filosofie |