Opvattingen en praktijken inzake gezin en opvoeding zijn de laatste decennia fundamenteel veranderd. Ook ten aanzien van het pedagogisch onderzoek en de theorievorming hebben zich grondige wijzigingen voorgedaan. Met de publicatie van dit tweeledig boek maken de auteurs de actuele opvoedingswetenschappelijke inzichten in de ouder-kindrelatie toegankelijk en beschikbaar voor een ruimer publick.

Gezinspedagogiek biedt een inleiding in de actuele tendensen inzake de praktijk, het onderzoek en de theorie van de gezinsopvoeding. Dit tweede deel is volledig gewijd aan theorie en praktijk van opvoedingsondersteuning. Het biedt enerzijds een grondige theoretische fundering van opvoedingsondersteuning. Zo wordt er ingegaan op de verantwoording en de uitgangspunten van opvoedingsondersteuning, op de samenhang tussen ouderlijk functioneren en gedrag van kinderen, op vormingsconcepten, op de plaats en de betekenis van opvoedingsondersteuning in opvoeding en samenleving, op de effectiviteit van oudercursussen. Anderzijds worden thema's inzake opvoedingsondersteuning behandeld die betrekking hebben op een bepaald aanbod, een voorziening of een doelgroep. De achtergronden en de vormgeving van opvoedingsondersteuning aan jonge gezinnen, aan ouders van tieners, aan allochtone moeders, aan kandidaat adoptie-ouders en aan pleegouders worden zo in afzonderlijke hoofdstukken besproken.

Deze publicatie is net als het eerste deel een gemeenschappelijk initiatief van het Centum voor Gezinspedagogiek van de K.U.Leuven, het Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen te Brussel en de Afdeling Orthopedagogiek: Gezin en Gedrag van de Radboud Universiteit Nijmegen. De auteurs zijn actief in het wetenschappelijk onderzoek en onderwijs of in het beleid en de praktijk inzake gezinsopvoeding en opvoedingsondersteuning. Het boek is uitermate geschikt voor gebruik in universitaire opleidingen, in het hoger onderwijs alsook voor bijscholingen.

Lieve VANDEMEULEBROECKE is hoogleraar en hoofd van het Centrum voor Gezinspedagogiek van de K.U.Leuven: Hans VAN CROMBRUGGE is docent pedagogiek aan het Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen te Brussel; Jan JANSSENS is hoogleraar aan de afdeling Orthopedagogiek: Gezin en Gedrag van de Radboud Universiteit Nijmegen; Hilde COLPIN is senior onderzoeker aan het Centrum voor Gezinspedagogiek van de K.U.Leuven.