‘t Komt in orde was de lijfspreuk van Jan Jongerius, die in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog een opmerkelijke en zeer actieve ondernemer in Utrecht was. Voortgekomen uit een familie van hoveniers, wist Jongerius met zijn slimme handelsgeest en dankzij belangrijke opdrachtgevers als Texaco en Ford binnen korte tijd een groot bedrijf op te bouwen: de n.v. Jan Jongerius.

Het bedrijf plaatste benzinepompen door heel Nederland, behoorde tot de belangrijkste Ford-dealers in het land en produceerde rijdend materieel, variërend van vrachtwagens tot autobussen. In 1936-1938 verving hij zijn woning aan het Merwedekanaal door een opvallende villa met bijbehorende tuin en hoofdkantoor in een stijl die on-Nederlands was. Na de oorlog werd de n.v. Jan Jongerius gezien als één van de belangrijkste werkgevers in het midden van het land, maar ging in 1955 - onterecht? - failliet. Het opvallende architectonische complex van de villa en het kantoor bleef in de jaren daarop gelukkig bestaan en begint momenteel aan een nieuwe toekomst, dankzij de inzet van de kleinkinderen van Jan Jongerius.

Dankzij uitgebreid archiefonderzoek en interviews met familieleden en oud-werknemers kan nu voor het eerst het hele verhaal achter Villa Jongerius worden verteld. Een verhaal dat niet alleen de geschiedenis van een opmerkelijk zakenman en zijn droomhuis omvat, maar ook die van een Utrechts familiebedrijf met al zijn hoogte- en dieptepunten.