Smet is een ontroerende en humoristische vertelling over
vijf eenzame, compulsieve mensen en hun queeste naar
een leven zonder hun beklemmende, verlammende angsten.
Maar tegelijkertijd is het een geëngageerd relaas; een
wanhopige schreeuw om houvast en hoop in een tijd
waarin de ondergang van onze samenleving en leefruimte
van zoveel kanten wordt bedreigd, dat het soms voelt
alsof het niet anders kan dan dat één daarvan ons einde
zal betekenen.
Ondanks hun respectievelijke neurotische handicaps en de
constante dreiging van een klimaatcrisis, verschuivende
wereldmachten, een uitgestorven oceaan en het apocalyptische
jaar 2012, bundelen de vijf leden van Het genootschap van
de levenden hun krachten om de zoon van een van hen – een
loverboy en drugsdealer – terug op het rechte pad krijgen.
Zo hopen ze niet alleen de jonge Joseph te redden, maar
ook hun eigen demonen te verslaan en een reden te vinden
om het leven met nieuwe moed tegemoet te treden.
Echter, wat begint als een groepje enthousiaste lotgenoten,
transformeert al snel naar een dogmatisch verbond, aangevoerd
door de blinde en zelfverklaarde profeet Mark Ickenroth.
Zijn vader, een ernstige Gilles de la Tourette-patiënt, heeft
echter nog zo zijn twijfels. En ook de Thaise werkster,
Boonchan, lijkt niet helemaal mee te kunnen gaan in deze
goddelijke missie. Er ontstaat wrijving, en al snel blijkt de
strijd geen gezamenlijke, maar een die ieder van hen alleen
zal moeten voeren. En ondertussen komt het einde van de
wereld onherroepelijk dichterbij…