Kanji
Het Japanse schrift bestaat uit drie verschillende soorten schriften: hiragana, katakana (lettergrepenschriften) en kanji (Chinese karakters). Dit boek reikt een eenvoudige zelfstudiemethode aan om de schrijfwijze en de betekenis van kanji te onthouden. Daarvoor wordt de complexiteit van de kanji herleid tot basiselementen, ook wel primitieven genoemd, en krijgt de lezer manieren aangeboden om op basis daarvan betekenissen te reconstrueren. Hierbij wordt een beroep gedaan op het verbeeldingsgeheugen.
Omdat het doel van de methode niet enkel is een bepaald aantal kanji te onthouden, maar ook te leren hoe men kanji precies kan onthouden, is het boek in drie delen onderverdeeld. In deel 1: Verhalen staat bij elk karakter een volledig verhaal waarmee het geassocieerd kan worden. In deel 2: Plots wordt enkel nog de plot van een verhaal gegeven en is het aan de lezer om eigen details toe te voegen op basis van fantasie en persoonlijke herinneringen. Deel 3: Elementen reikt enkel nog sleutelwoorden en primitieven aan.
Het richt zich zowel op beginners als op meer gevorderde studenten Japans die op zoek zijn naar een manier om wat ze geleerd hebben te systematiseren en beter te onthouden.
Over de auteurs:
James W. Heisig, filosoof, doceert godsdienstfilosofie aan het Nanzan Institute for Religion and Culture, aan de Nanzan University in Japan, waarvan hij directeur was tussen 1991 en 2001. Voordien doceerde hij religie en filosofie aan universiteiten in de Verenigde Staten en Latijns-Amerika. Sarah Van Camp is japanoloog en antropoloog. Ze heeft jaren gewerkt als docent Japans in verschillende taalinstituten en is momenteel werkzaam als vertaler en consultant Japanse zakencultuur in bedrijven.
Auteur | | James W. Heisig |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Onderwijs & Didactiek |