Alle beeldhouwkunst gaat om één ding: zoveel mogelijk indruk maken op de beschouwer. Hoe kan dat anders dan door krachtig de zintuigen van die beschouwer te bespelen? De ogen, maar ook de tastzin en het gehoor, de smaak en de reuk worden door de beeldhouwkunst aangesproken. Terwijl het leven een diffuse stroom van uitwaaierende indrukken oplevert, biedt de beeldhouwkunst juist zeer uitgekiende en toegespitste ervaringen. Beweging zien in stilstand? Het kan. De tijd stilzetten of sneller laten voortrollen? Het kan. Het bespelen van de zintuigen vraagt om een doortrapte strategie van de beeldhouwer. Hoe dat gebeurt toont het boek Beeld Oog Brein. Door middel van een rijk geïllustreerde, prikkelende tekst vertelt auteur, kunstenaar en kunstadviseur Joris Kwast zijn beschouwingstheorie. In een losse stijl begeeft hij zich op een interdisciplinair terrein waar kunstgeschiedenis, waarnemingspsychologie en kunstfilosofie elkaar raken. Beeld Oog Brein staat onder redactie van prof dr. Kitty Zijlmans (kunstgeschiedenis), prof. dr. Willem Levelt (taal/waarnemingspsychologie), en prof. dr. Petran Kockelkorn (filosoof) en wordt uitgebracht ter gelegenheid van de gelijknamige tentoonstelling in museum Beelden aan Zee (Scheveningen). Met de opening van Beeld Oog Brein (17 maart 2007) viert het museum haar 12 ½ jarig bestaan.