Het tweede deel van zijn tocht langs de
kusten van Europa brengt Martin Kers in
Nederland en België.
De Nederlandse kust - 523 km, waarvan 353
km Noordzeekust (inclusief 254 kilometer
met duinen) - wordt bepaald door brede
zandstranden en hoge duinen, die de
kustvlakte beschermen tegen de zee. In
Noord- en Zuid-Holland voeren badplaatsen
de boventoon als het aankomt op
bebouwing. Verder naar het zuiden wordt
het landschap veelzijdiger; Rotterdam, de
rivierdelta van Rijn, Maas en Schelde, het
Delta Plan. Om te eindigen in Zeeland, waar
het water als nergens anders in Europa
huishoudt.
Het Zwim vormt de grens tussen Nederland
en België. Het strand van Zeeuws-
Vlaanderen loopt door in de Vlaamse
kust. In het zuiden gaat de kustlijn - totaal
ongeveer 67 kilometer - over in de Franse
Opaalkust. Daartussen ligt een sterk
verstedelijkte kuststrook, met zandstranden
en twee beroemde badplaatsen: Knokke en
Oostende, de 'koningin der badplaatsen'.
De kusten van Nederland en België hebben
een geheel andere schoonheid dan die van
Noorwegen. Het oordeel is aan de kijker.