Op de hoeve waar Romke met zijn vrouw Ida en zijn vader woont en werkt, gaat het al lange tijd niet meer zo goed. Ida kan de dood van hun dochtertje niet aanvaarden en het meest trieste is dat ze er Romke schuldig aan acht. Door alle problemen krijgt hun huwelijksgeluk het zwaar te verduren. Ook het pad van Kim en Loet gaat niet altijd over rozen. Verwikkelingen die niemand kan voorzien vormen een regelrechte bedreiging van het samenhorigheidsgevoel tussen hen. Vooral als een kind de dupe dreigt te worden springt Kim op de bres. Henny Thijssing-Boer (1933-2011) leefde en schreef in Groningen, waar ze het boerenleven van haver tot gort kende. Haar streekromans zijn realistisch en romantisch tegelijk, een kwaliteit waarmee ze grote bekendheid verwierf.