Dialectatlas van het Nederlands
Dat dialect midden in de belangstelling staat en nog springlevend is, blijkt uit de populariteit van dialectpop en regiosoaps, en uit het feit dat een groot aantal cabaretiers hun optredens lardeert met Utrechtse, Haagse of Twentse woorden, klanken of uitdrukkingen.
In de Dialectatlas van het Nederlands wordt de regionale variatie van het Nederlands in woorden, klanken, woordvormen, zinnen en namen voor het eerst voor een algemeen publiek in kaart gebracht. Men kan in dit boek bijvoorbeeld vinden welke benaming men in de verschillende gebieden voor de spijkerbroek gebruikt, hoe verschillend de r, g of h worden uitgesproken, waar men de son in de see siet sakken, in welke gebieden men zullie zegt, en waar men de band lek heeft. Het boek opent met een algemeen inleidend hoofdstuk over de geschiedenis van het Nederlandse dialectonderzoek en bevat als hoofddeel 150 paginagrote en nieuw gemaakte kaarten waarop de verspreiding van een taalverschijnsel wordt getoond. Aan elke kaart is een pagina met duidelijke uitleg en commentaar toegevoegd.
De Dialectatlas van het Nederlands biedt de lezer een fascinerend, veelkleurig beeld van de dialectvariatie die er binnen het Nederlandse taalgebied nog steeds bestaat.
Nicoline van der Sijs is historisch taalkundige en publicist. Mathilde Jansen, Marc van Oostendorp en Anke en Pieter van Reenen zijn als onderzoekers verbonden aan het Meertens Instituut. Ann Marynissen is hoogleraar in de Nederlandse taalkunde aan de Universiteit van Keulen. Jan Stroop is dialectoloog/taalkundige en gelieerd gastonderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam.
In de Dialectatlas van het Nederlands wordt de regionale variatie van het Nederlands in woorden, klanken, woordvormen, zinnen en namen voor het eerst voor een algemeen publiek in kaart gebracht. Men kan in dit boek bijvoorbeeld vinden welke benaming men in de verschillende gebieden voor de spijkerbroek gebruikt, hoe verschillend de r, g of h worden uitgesproken, waar men de son in de see siet sakken, in welke gebieden men zullie zegt, en waar men de band lek heeft. Het boek opent met een algemeen inleidend hoofdstuk over de geschiedenis van het Nederlandse dialectonderzoek en bevat als hoofddeel 150 paginagrote en nieuw gemaakte kaarten waarop de verspreiding van een taalverschijnsel wordt getoond. Aan elke kaart is een pagina met duidelijke uitleg en commentaar toegevoegd.
De Dialectatlas van het Nederlands biedt de lezer een fascinerend, veelkleurig beeld van de dialectvariatie die er binnen het Nederlandse taalgebied nog steeds bestaat.
Nicoline van der Sijs is historisch taalkundige en publicist. Mathilde Jansen, Marc van Oostendorp en Anke en Pieter van Reenen zijn als onderzoekers verbonden aan het Meertens Instituut. Ann Marynissen is hoogleraar in de Nederlandse taalkunde aan de Universiteit van Keulen. Jan Stroop is dialectoloog/taalkundige en gelieerd gastonderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam.
Auteur | | Nicoline van der Sijs |
Taal | | Nederlands |
Type | | Hardcover |
Categorie | | Taal |