Iedereen in het dorp heeft het erover. Het oude huis dat hoog op de heuvel een prachtige uitkijk biedt en al jaren leegstaat, krijgt nieuwe bewoners...

Jet, de moeder van Gusgus, gaat in de bibliotheek werken. Gusgus trekt straks in het dorp naar school en wordt beste maatjes met Ketjap, het ettertje van de klas.

Papa blijft (in het grootste geheim) thuis en moet er alle huishoudelijk werk voor zijn rekening nemen... iets waar hij een gloeiende hekel aan heeft.
In de bibliotheek gebeuren er intussen vreemde dingen. Sommige boeken verdwijnen spoorloos, in andere boeken blijken enkel nog witte pagina’s te zitten.

En dan, enkele dagen later, verdwijnt ook Ketjap. Gusgus, die zijn vriend wil terugvinden, gaat op zoek in het dorp en in de bossen in de buurt. En zo ontdekt hij op een nacht midden in het bos een vreemd licht dat uit de grond lijkt te komen...