Van oudsher is de psychiatrisch bemoeienis met agressieve gedragsstoornissen problematisch, enerzijds door de socioculturele opvattingen en anderzijds door problematische categoriale diagnostiek inzake persoonlijkheidsstoornissen. Complicerende factoren zijn de moeilijkheden bij het uitvoeren van correct wetenschappelijk onderzoek, zowel op neurobiologisch, sociologisch, psychiatrisch als epidemiologisch terrein.

Ondanks deze problemen is de stand van zaken op wetenschappelijk gebied de laatste decennia sterk verbeterd en biedt de toekomst wellicht uitzicht op onderbouwde verklaringsmodellen. Hierbij is integratie van kennis uit verschillende disciplines een absolute voorwaarde.

In dit boek wordt, vanuit de verschillende disciplines, een overzicht gegeven van de stand van zaken met betrekking tot de resultaten van het - dier-experimenteel en klinisch - onderzoek naar agressieve gedragsstoornissen. Tevens komen de gedragstherapeutische strategieen en de farmacologische behandeling aan de orde.