Lydia is in verwachting van haar eerste kindje. Ze is er heel blij mee, maar tegelijkertijd roept het ook vragen bij haar op. Nu zij zelf een kind verwacht, zou ze graag nog eens met haar moeder willen praten, maar die is onlangs onverwachts overleden. Dat werpt een schaduw over Lydia's geluk. Desondanks geniet ze zoveel mogelijk van haar zwangerschap.
Als blijkt dat haar kindje niet levensvatbaar is, stort Lydia's hele wereld in. Waarom heeft God haar gebed om een gezonde baby niet verhord? Haar strijd tussen abortus - om maar zo snel mogelijk van het probleem verlost te zijn - en moederliefde en respect voor het beschadigde leven van haar ongeboren kindje, kan ze pas uitvechten als ze zich aan God overgeeft. Langzamerhand wordt het haar duidelijk dat God haar niet in de steek laat, maar juist in deze moeilijke periode haar enige Houvast is.