Fredrik en Knelia van Wilgen hebben een klein eigen boerderijtje en daarnaast is Fredrik landarbeider. Het liefst wil hij nieuwe wegen inslaan. De veehandel lokt. Maar het beroep van veehandelaar brengt veel onzekerheden met zich mee, en Knelia heeft grote huiver voor nieuwe wegen. Zij blijft liever doorploeteren zoals ze gewend is. Fredriks oogappel Lia is in die tijd nog een spichtig kind met holle ogen en een bleek gezicht. Volgens haar zusters te lelijk om ooit een man te vinden. Maar Lia vindt maar wat gauw een man. En nog één met geld, land en vee ook! Dan wil ook zij de veehandel in. Knelia vindt het maar niks voor een vrouw, maar Fredrik is wat bedachtzamer. En Lia zet door. Maar dan raakt ze zwanger en haar toekomst wordt heel onzeker.