Het jaar 1989: de val van het communisme. Het was een historisch moment. Voor even waren de ogen van de hele wereld op Oost-Europa gericht. De gevolgen van 1989 waren echter langdurig en ingrijpend. Miljoenen
mensen zagen hun levens radicaal veranderen, maar bijna nergens was de omslag zo extreem als in Roemenië.
In dit boek voert Olaf Tempelman, correspondent van de Volkskrant, de lezer mee langs een bont scala aan mensen en plekken in een land waar niets hetzelfde bleef. Tempelman ziet de hoofdstad Boekarest zich transformeren van een treurig communistisch backwater in een knettergekke kapitalistische metropool. Shopping malls schieten uit de grond, boekenstalletjes verdwijnen en de goede oude simultaanvertaler moet onder gejoel de bioscoop uit vluchten. Het nieuwe tijdperk zet het leven in de communistische flats, ‘de verticale dorpen’, op zijn
kop.

Een nieuwe ‘kapitalistische generatie’ staat op. In de onstuitbare drang af te rekenen met het gehate communistische universum worden er behalve de zwartgrijze blokjestruien en de Dacia ook waardevolle dingen overboord gezet. De literatuur, filmcultuur en plattelandstradities die tegen de verdrukking van het communistische
regime in bloeiden, blijken nauwelijks tegen de nieuwe tijd bestand. Het is maar een van de paradoxen die in dit boek de revue passeren.