Impotentie is een vervelende kwaal die soms lichamelijke oorzaken heeft maar vaak ook zijn oorsprong vindt in psychische factoren. De Groningse uroloog Mels van Driel schreef er een helder en informatief boek over. Puttend uit zijn medische kennis en praktijk en uit zijn grote literaire belezenheid geeft hij een gevarieerde kijk op het mannelijk onvermogen. Op het kruispunt van cultuurgeschiedenis, psychologie, literatuur en geneeskunde biedt hij een overzicht van wat impotentie voor zowel de man als zijn partner betekent, welke oorzaken ervoor gezocht zijn en welke oplossingen ervoor geboden worden. Hij wijst er nuchter op dat het teven ook zonder erectie mooi kan zijn en betoogt met verve dat het mannelijk falen door sommige feministen wel erg scherp aan de kaak is gesteld.Het geheime deel geeft stof tot mijmeren over vroegere veroveringen, over seksueel succes of falen en over het onverbiddelijk naderende einde. De toon is lichtvoetig, ironisch maar vooral laconiek: de beste manier om vergankelijkheid en onvermogen tegemoet te treden.