In Op de kat af worden eenendertig teerbeminde poezen van bekende Nederlanders niet alleen beeldschoon geportretteerd, Dorinde van Oord heeft ze ook tot spreken weten ten brengen. Zo is Miepie bijzonder ontevreden over Aad Velthoen, die haar vergeet te tekenen. Kiki krijgt het af en toe top haar heupen van al die toonladders, tertsen en triolen van Theo Olof, terwijl het echte werk in het concertgebouw haar wordt onthouden. Gompie is zich bewust dat hij de laatste troost is voor Paul de Leeuw, maar hij blijft erg discreet. Meneer Jansen, honorair consul in het Kattenkabinet, vertelt over de spanningen die soms ontstaan tussen de verschillende poezen die een rol spelen in de tempel.