In dit boek worden uitdrukkelijk andere uitgangspunten gevolgd, vooral gebaseerd op de humanistische pyschologie, die de belevingswereld centraal stelt. Dementerende ouderen glijden in hun beleving weg uit het heden en gaan steeds meer in het verleden leven, tot aan hun kindertijd toe. De levensloop wordt als het ware omgekeerd. Op die weg terug komen ze onder andere allerlei onverwerkte conflicten en weggestopte angsten tegen die zijn soms zeer realistisch herbeleven. Onzekerheid en onveiligheid worden dan de centrale gevoelens, wat doorwerkt in hun 'dement' gedrag. In zijn aanpak is dit boek fundamenteel. Het gaat niet om een verzameling regeltjes of handigheidjes. Omdat het poogt de beleving van de dementerende oudere te reconstrueren krijgt het een heel praktische betekenis. Uit die reconstructie zijn duidelijke richtlijnen voor de omgang met dementerenden geformuleerd.