De Dood van Vergilius
Het enkelvoudige woord van een God dat alles in zich sluit en de eindeloze stroom van woorden van een raaskallende dichter die niets wezenlijks te zeggen heeft: op het eerste gezicht lijkt niets verder uit elkaar te liggen. Toch worden beide samengebracht in Herman Brochs De dood van Vergilius (in 1989 vertaald door de recentelijk met de P.C. Hooftprijs bekroonde dichter Anneke Brassinga). Het werk staat bekend om zijn pagina’s lange zinnen (gemiddeld 91 woorden) die middels alliteraties, neologismen en oxymoronen de lezer door de gedachten van de dichter van de Aeneis heen sleuren. We volgen Vergilius in de laatste dag van zijn leven. Het vooruitzien van de dood doet hem terugzien in berouw. Zijn hoofdwerk, de Aeneis, is ijdele schoonschrijverij die louter de staat heeft gediend, maar niet de waarheid of de mens. Hij komt tot het besef dat hij zijn leven had moeten wijden aan het streven naar kennis en het uitdragen van liefde, dat hij als de hoogste werkelijkheid komt in te zien. Deze waarheid overmant hem zo heftig dat alleen Caesar Augustus in staat is om hem ervan te weerhouden het dichtwerk te vernietigen. In zijn laatste uren ontvouwt visioen na visioen hem de structuur van de schepping als herschepping: de onveranderlijkheid van de veranderlijkheid van het zijn als wordingsproces.
Auteur | | Hermann Broch |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Literatuur & Romans |