Het is 1718, en in een klein dorpje bij Newcastle stort de eigenwijze, zestienjarige Eliza Tally zich in een affaire met de zoon van een rijke koopman. Als blijkt dat zij zwanger is, wil haar minnaar niks meer van haar weten. Zijn ouders zorgen ervoor dat Eliza naar Londen wordt gestuurd, waar ze in huis komt bij een apotheker, Grayson Black. Eliza denkt dat Black haar, in ruil voor een jaar huishoudelijk werk, een abortus zal geven. Black heeft echter heel andere plannen met het zwangere meisje.
Clare Clark weet het wel en wee van Eliza zó indringend te beschrijven, dat je de geuren ruikt die zij opsnuift, de kuilen voelt waar haar postkoets doorheen rijdt en de hartkloppingen hoort die soms van angst in haar oren bonzen. Het boek heeft thrillerachtige allure: want is Grayson Black een betrokken wetenschapper of een aan opium verslaafde gek?

Clare Clark (1967) werkte na haar studie geschiedenis voor het reclamebureau Saatchi and Saatchi in Londen. In 1994 werd ze directeur van een ander groot bureau, Bartle Bogle Hegarty. Momenteel woont ze in Londen met haar man en twee kinderen. Ze debuteerde in 2004 met de historische roman De geur van de rivier (vert. van The Great Stink), over leven in de riolen in het negentiende-eeuwse Londen. Het boek werd genomineerd voor de CWA First Novel Award en de Orange Prize for Fiction en bekroond met de Pendleton May First Novel Award.