Fatsoen
Wat moet je doen en wat moet je laten als je verantwoordelijkheden hebt? In de laatste weken voor zijn dood schreef Cicero De officiis, zijn spirituele testament en meesterwerk. Hij legt aan zijn zoon Marcus (die op dat moment in Athene studeert) uit hoe hij zich in de betere kringen van Rome moet gedragen als hij eenmaal een voorbeeldfunctie heeft.
Cicero baseert zich vooral op de theorie van de Stoa. Zijn ‘man van stand’ weet het juiste midden te vinden tussen de vier ‘kardinale deugden’ (wijsheid, dapperheid, rechtvaardigheid en gematigdheid) en treedt de uitdagingen van het leven tegemoet met een mengeling van fatsoen en praktisch denken.
Ambrosius en Augustinus wilden dat kinderen De officiis op school vanbuiten leerden. Erasmus vond dat je niet de deur uit mocht zonder een exemplaar op zak. En Voltaire zei dat ‘niemand ooit nog een wijzer boek kon schrijven’.
Cicero baseert zich vooral op de theorie van de Stoa. Zijn ‘man van stand’ weet het juiste midden te vinden tussen de vier ‘kardinale deugden’ (wijsheid, dapperheid, rechtvaardigheid en gematigdheid) en treedt de uitdagingen van het leven tegemoet met een mengeling van fatsoen en praktisch denken.
Ambrosius en Augustinus wilden dat kinderen De officiis op school vanbuiten leerden. Erasmus vond dat je niet de deur uit mocht zonder een exemplaar op zak. En Voltaire zei dat ‘niemand ooit nog een wijzer boek kon schrijven’.
Auteur | | Cicero |
Taal | | Nederlands |
Type | | Paperback |
Categorie | | Geschiedenis |