Florence, de "bloeiende", de wieg van de Italiaanse Renaissance en de stad van de Medici is al bijna 200 jaar lang het Europese Mekka van de kunstliefhebbers. Naar Florence kun je het best reizen in de wintermaanden, tussen november en februari. Want van de lente tot de herfst is het niet eenvoudig te gast te zijn in een stad die dagelijks zowat 40 000 bezoekers te verwerken krijgt. De rijen voor de bushalten bij de Arno zijn eindeloos. De bussen spuwen dag na dag massa's mensen uit bij kerken, musea en pleinen. Als door een onzichtbare hand geleid lopen ze achter bonte regenschermen of vlaggetjes aan. Dat is het eerste watje in Florence opvalt: het lijkt alsof iedereen hetzelfde lijstje met verplichte bezienswaardigheden afwerkt. Veel mensen komen in deze unieke geboortestad van de Renaissance aan met grote verwachtingen. Ja, iedereen wil graag aan dit overweldigende cultureel patrimonium van Europa een blijvende herinnering overhouden. Maar vanaf de eerste dag in Florence word je blootgesteld aan een massaspektakel. Zelfs als je gewaarschuwd bent is de werkelijkheid meestal overweldigend.