De auteur gaat in de eerste plaats in op de theologische achtergronden van de tekst van de catechismus. Deze belicht hij vanuit de bronnen van de Heidelbergse Catechismus, waaronder de catechetische literatuur van de Reformatie een belangrijke plaats inneemt. Vervolgens worden diverse catechismusverklaringen uit later tijd aan een onderzoek onderworpen. Te denken valt aan geschriften van F. Ridderus, B. Sniytegelt, maar bijvoorbeeld ook aan catechismusverklaringen van theologen uit deze eeuw, zoals K.H. Miskotte en 0. Noordmans. Het is bijzonder interessant om te zien hoe deze auteurs in hun eicien context niet de Heidelbergse Catechismus omgingen. De auteur schreef dit boek vanuit een (grote liefde voor de Heidelbergse Carechismus en breekt hiermee een lans voor de blijvende betekenis van dit belijdenisgeschrift voor de kerk en de theologie op de drempel naai- de 2_ je eeuw. Tegelijk vormt dit boek een waardevolle theologische hulp voor predikanten en studenten en een standaardwerk voor het theologisch geïnteresseerde gemeentelid.