Dat Jezus een jood was en dus zonder het Oude Testament en het geloof in de éne God niet begrepen kan worden, wordt vandaag de dag nog maar zelden in twijfel getrokken. Maar wat bedoelen we daar eigenlijk mee? Het gaat volgens de auteur in het Nieuwe Testament om Jezus en het heil van Israëls God. Aan de hand van een aantal bijbels-theologische thema's wordt gezocht naar de Joods-oudtestamentische achtergrond en betekenis van begrippen als mensenzoon, koninkrijk van God en gerechtigheid van God.
Wat bedoelden Jezus en de schrijvers van het Nieuwe Testament daarmee? Is het heil van God met Jezus'komst gerealiseerd en kijken we nu slechts terug op wat gebeurd is, of moet het uiteindelijke heil van God nog komen? En hoe hebben ze hun geloof in Jezus weten te behouden toe Hij er niet meer was en de geschiedenis verder leek te gaan alsof er niets gebeurd was?