In ballingschap bevat de geschiedenis van de Nederlandse kolonie in Engeland tijdens de Tweede Wereldoorlog. Aan de hand van talloze gesprekken, persoonlijke dagboeken en memoires schetst Van der Zee het beeld van een groepering vol intriges en ellebogenwerk. Toch bestond de Nederlandse gemeenschap ook uit mensen die voor elkaar klaarstonden en elk hun idealistische dromen koesterden. Tezamen vormden ze in deze roerige en hectische jaren een fascinerende kleine wereld.
In In ballingschap komen koningin Wilhelmina, haar ministers en de Engelandvaarders aan bod, maar er waren ook vele anderen: de vissers in Fleetwood die het vijf jaren lang zonder hun vrouwen moesten stellen, de oorlogspiloten die op een zeker moment weigerden naar de begrafenissen van hun neergeschoten collega's te gaan, de koopvaardijmannen op de Atlantische Oceaan die in konvooi de vele zeemijnen moesten vermijden en daar vaak niet in slaagden. Vele vrouwen trokken later in de oorlogsjaren als vrijwilligsters in het Vrouwen Korps de oorlog in. Ook in Londen was het leven niet gemakkelijk. Afgezien van de onzekerheid over het lot van de families in het bezette vaderland, waren er de Blitz, en de V1's en V2's die de Britse hoofdstad teisterden en duizenden slachtoffers hebben gemaakt.
Dikwijls werd na de bevrijding beweerd dat men in Engeland de oorlog niet 'gevoerd' had, maar louter 'gevierd'. Henri van der Zee toont op overtuigende wijze de onjuistheid van dit soort beweringen. In ballingschap is een rijke nuancering, met nieuwe feiten en vondsten, van het beeld van Londen en de Nederlandse gemeenschap in Engeland tijdens de Tweede Wereldoorlog.