De Amerikaan Edward Burten is een man van de wereld en meervoudig miljonair. Maar dan krijgt Bill een ongeneeslijke nierziekte. Alleen een transplantatie kan zijn leven redden. Maar de wachtlijsten in de ziekenhuizen zijn lang en bij Burten rijpt langzaam het idee dat het toch mogelijk moet zijn, met al zijn geld, om een nieuwe, gezonde nier te kopen. Bijvoorbeeld in een arm derdewereldland?

Tawan Alipur zorgt in de arme sloppenwijken van het Indiase Calcutta voor zichzelf en voor Vinja, het gehandicapte dochtertje van zijn overleden zus. Als hij hoort van een organenhandelaar die voor een gezonde nier dertigduizend roepia biedt, twijfelt Tawan geen seconde...

Voor vijfenzestigduizend dollar gaat Edward Burtens droom in vervulling. Hij vliegt naar Calcutta, wordt er geopereerd en keert gezond en wel terug naar New York, naar zijn knappe blonde vrouw en zijn bedrijf. En sluit zijn ogen voor de mensonterende praktijken waar hij in India getuige van is geweest en aan heeft meegedaan.

Maar ook Burten zal leren dat niet alles in de wereld te koop is...