1743 is een rampjaar voor Zuid-Limburg. Iedereen lijdt honger, overal wordt geplunderd. De plunderaars worden 'bokkenrijders' genoemd. Als Michiel de landloper-troubadour. Dujardin ontmoet, heeft hij er geen idee van dat hij een van de voormannnen van de bokkenrijders voor zich heeft. En nog minder dat hij Michiel van Geleen, ooit hun aanvoerder zal worden. De problemen beginnen als Michiel, die sinds de dood van zijn vader boerenknecht is, zijn werk verliest. Hij moet nu de kolenmijn in. Daar krijgt hij het gevaarlijkste werk: dat van vuurman. Hij moet in nieuw uitgehakte gangen het dodelijke grauwgas laten exploderen voordat het de andere gangen in stroomt. Als bokkenrijder loop je even grote risico's. Wie betrapt wordt sterft een gruwelijke dood, daar zorgt de beruchte beul Dillenbourg van Kerkrade wel voor. Die hakt hoofden af of zet de takkenbossen van de brandstapel in lichterlaaie. Het leven heeft van Michiel een bokkenrijder gemaakt. Zal het hem lukken zijn straf te ontlopen, o