Een ongewoon boek waarin een emeritus professor in de fysica en een jonge vrouw die een doctoraal proefschrift maakt over ‘kosmologie en theologie’ met elkaar in dialoog gaan over de zijnsvragen,

over denken en weten, over hopen en geloven.

Deze dialoog verloopt vooral via gesprekken, maar ook via werkstukken, studienota’s en e-mails die de studente en de prof uitwisselen.

Mark Eyskens brengt op een sprankelende wijze de politiek, de spanning tussen geloof en wetenschap, de maatschappelijke functie van godsdienst,

de relatie tussen monotheïsme en vooruitgang, de evolutie van het wereldbeeld en de waardenschalen aan bod.

In dit ongewone boek voert Mark Eyskens drie hoofdrolspelers ten tonele: de zee, een emeritus professor in de fysica die incognito wenst te blijven, en een jonge vrouw die een doctoraal proefschrift maakt over kosmologie en theologie. De gedachtewisseling tussen de prof en de studente verloopt niet alleen via gesprekken maar wordt ook gevoerd langs vele e-mails, studienota’s en papers die zij uitwisselen.
De prof wordt geboeid door de inzichten van de studente, die evolueren naar een kantelmoment in haar eigen overtuiging. De jonge doctoranda van haar kant voelt zich aangetrokken door de professor die zich bekeert van de kernfysica tot de kernmetafysica en die het raadselachtige ontdekt achter de buiten- en binnenkant der dingen. Beiden komen in een geestelijke stroomversnelling terecht, die plots en onverwacht een verrassend keerpunt kent...
Mark Eyskens poogt om in dit boek, soms ironisch en sarcastisch, vaak diepgravend en emotioneel, het onzegbare te verwoorden. Het vormt een fascinerend onderzoek over de spanning tussen geloof en wetenschap, de maatschappelijke functie van godsdienst, politiek, de relatie tussen monotheïsme en vooruitgang en vele andere existentiële zins- en zijnsvragen.