Een verzameling lezingen waarin de auteur, Engelsman en leerling van Gurdjieff, probeert de leer van Gurdjieff toegankelijk te maken. De centrale vraag die gesteld wordt is: waartoe dient het leven van de mens. De basis van dit boek is een systeem dat Gurdjieff heeft ontwikkeld over zeven werelden. Naast een uitleg hierover worden ook verschillende zelven onderkend en in schema gebracht gerelateerd aan de werelden. Als laatste wordt een hoofdstuk gewijd aan dood en opstanding, waarin ook de geestestoestand van overledenen besproken wordt. De invloed van het Boeddhisme is herkenbaar en geeft tevens de eindconclusie; bevrijding van de mens is mogelijk door innerlijke transformatie.