Jeff Koons
Jeff Koons (York, 21 januari 1955) is een Amerikaanse beeldend kunstenaar wiens werk wordt gedomineerd door de thema's banaliteit en verleiding. Zijn werk wordt benoemd als postmodern, als camp, als überkitsch of als simpelweg kitsch.
Koons debuteerde op achtjarige leeftijd met in kleurpotlood uitgevoerde reproducties van klassieke meesterwerken, die door zijn vader in diens winkel voor interieurbenodigdheden werden verkocht.
Na een opleiding aan het Maryland College of Art en het Art Institute of Chicago verhuisde Koons in 1976 naar New York, waar hij de aandacht trok met readymades die bestonden uit een combinatie van tl-buizen en huishoudelijke artikelen. Ook maakte hij Inflatables: opblaasbare bloemen en konijnen. Om zijn kunst te financieren heeft hij enige jaren op de New Yorkse beurs gewerkt.
Vanaf 1981 werkte Koons aan zijn Equilibrium Tanks: aquaria waarin zich roerloos zwevende basketballen bevinden. Om de techniek te ontwikkelen, die nodig is om dit effect te bereiken, correspondeerde hij jarenlang met een groot aantal wetenschappers.
Zijn eerste solotentoonstelling in New York in 1985, met de thema's evenwicht en overleven, bestond naast de Equilibrium Tanks uit bronzen afgietsels van een reddingsvest en een rubberboot. Koons' rechtlijnige interpretatie van zijn thema's werd in de jaren daarna nog verder op de spits gedreven: in Luxury and Degradation kreeg het thema verleiding vorm door enorme reproducties van chique drankadvertenties, gecombineerd met in roestvrij staal uitgevoerde objecten die verband houden met het consumeren van dergelijke dranken. De serie Statuary (1986) bestond eveneens uit spiegelende roestvrijstalen objecten, waaronder een reproductie van een opblaasbaar konijn.
Voor de serie Banality uit 1988 maakte Koons gebruik van de techniek waarmee doorgaans porseleinen kitschbeeldjes worden geproduceerd. Een relletje rond de aankoop van zo'n beeld, Ushering in banality, door het Stedelijk Museum in Amsterdam zorgde voor grotere naamsbekendheid van Koons in Nederland.
Naast porselein gebruikte hij in deze tijd glas en fleurig beschilderd hout voor beelden van hondjes, bloemen, knuffeldieren en Amerikaanse popiconen als de Roze Panter, Michael Jackson, inclusief Bubbles, en Buster Keaton.
Puppy in Bilbao
De volgende stap in Koons' carrière was een kortstondig huwelijk met de Hongaars-Italiaanse pornoactrice Ilona Staller ('Cicciolina'). De manier waarop hij in 1991 hun liefde vereeuwigde met de op eigentijdse pornografie geïnspireerde tentoonstelling Made in Heaven was volgens Koons 'bevrijdend'. Koons' mediaoptreden wordt vanaf deze tijd steeds meer als onderdeel van zijn kunst beschouwd.
In 1992 maakte Koons zijn eerste uit levende bloemen bestaande sculptuur, Puppy: een twaalf meter hoog schoothondje dat dat jaar als boegbeeld fungeerde voor de documenta in Kassel. Zes jaar later zou het beeld opnieuw worden geïnstalleerd bij het Guggenheim Museum in Bilbao. In het Amsterdamse Stedelijk Museum was in 1992 een retrospectief van Koons' werk te zien.
In 1999 presenteerde Koons Easyfun: een serie collages van beelden die aan glossy tijdschriften en advertenties herinneren. Het werk werd vervaardigd met dezelfde techniek waarmee de metershoge olie-op-doekafdrukken voor Made in Heaven waren gemaakt.
In 2000 maakte hij opnieuw een monumentale bloemensculptuur. Het werk Split-Rocker, gespleten wipkip, werd neergezet op een binnenplaats van het Palais des Papes in Avignon.
Op 14 november 2007 werd bij veilinghuis Sotheby's het werk Hanging Heart verkocht voor een bedrag van $ 23,6 miljoen. Dit was op dat moment de hoogste prijs ooit betaald voor een werk van een levende kunstenaar.[1]
In juli 2008 werd zijn Balloon Flower (Magenta) verkocht door veilinghuis Christie's in London voor $25.7 miljoen.
Koons debuteerde op achtjarige leeftijd met in kleurpotlood uitgevoerde reproducties van klassieke meesterwerken, die door zijn vader in diens winkel voor interieurbenodigdheden werden verkocht.
Na een opleiding aan het Maryland College of Art en het Art Institute of Chicago verhuisde Koons in 1976 naar New York, waar hij de aandacht trok met readymades die bestonden uit een combinatie van tl-buizen en huishoudelijke artikelen. Ook maakte hij Inflatables: opblaasbare bloemen en konijnen. Om zijn kunst te financieren heeft hij enige jaren op de New Yorkse beurs gewerkt.
Vanaf 1981 werkte Koons aan zijn Equilibrium Tanks: aquaria waarin zich roerloos zwevende basketballen bevinden. Om de techniek te ontwikkelen, die nodig is om dit effect te bereiken, correspondeerde hij jarenlang met een groot aantal wetenschappers.
Zijn eerste solotentoonstelling in New York in 1985, met de thema's evenwicht en overleven, bestond naast de Equilibrium Tanks uit bronzen afgietsels van een reddingsvest en een rubberboot. Koons' rechtlijnige interpretatie van zijn thema's werd in de jaren daarna nog verder op de spits gedreven: in Luxury and Degradation kreeg het thema verleiding vorm door enorme reproducties van chique drankadvertenties, gecombineerd met in roestvrij staal uitgevoerde objecten die verband houden met het consumeren van dergelijke dranken. De serie Statuary (1986) bestond eveneens uit spiegelende roestvrijstalen objecten, waaronder een reproductie van een opblaasbaar konijn.
Voor de serie Banality uit 1988 maakte Koons gebruik van de techniek waarmee doorgaans porseleinen kitschbeeldjes worden geproduceerd. Een relletje rond de aankoop van zo'n beeld, Ushering in banality, door het Stedelijk Museum in Amsterdam zorgde voor grotere naamsbekendheid van Koons in Nederland.
Naast porselein gebruikte hij in deze tijd glas en fleurig beschilderd hout voor beelden van hondjes, bloemen, knuffeldieren en Amerikaanse popiconen als de Roze Panter, Michael Jackson, inclusief Bubbles, en Buster Keaton.
Puppy in Bilbao
De volgende stap in Koons' carrière was een kortstondig huwelijk met de Hongaars-Italiaanse pornoactrice Ilona Staller ('Cicciolina'). De manier waarop hij in 1991 hun liefde vereeuwigde met de op eigentijdse pornografie geïnspireerde tentoonstelling Made in Heaven was volgens Koons 'bevrijdend'. Koons' mediaoptreden wordt vanaf deze tijd steeds meer als onderdeel van zijn kunst beschouwd.
In 1992 maakte Koons zijn eerste uit levende bloemen bestaande sculptuur, Puppy: een twaalf meter hoog schoothondje dat dat jaar als boegbeeld fungeerde voor de documenta in Kassel. Zes jaar later zou het beeld opnieuw worden geïnstalleerd bij het Guggenheim Museum in Bilbao. In het Amsterdamse Stedelijk Museum was in 1992 een retrospectief van Koons' werk te zien.
In 1999 presenteerde Koons Easyfun: een serie collages van beelden die aan glossy tijdschriften en advertenties herinneren. Het werk werd vervaardigd met dezelfde techniek waarmee de metershoge olie-op-doekafdrukken voor Made in Heaven waren gemaakt.
In 2000 maakte hij opnieuw een monumentale bloemensculptuur. Het werk Split-Rocker, gespleten wipkip, werd neergezet op een binnenplaats van het Palais des Papes in Avignon.
Op 14 november 2007 werd bij veilinghuis Sotheby's het werk Hanging Heart verkocht voor een bedrag van $ 23,6 miljoen. Dit was op dat moment de hoogste prijs ooit betaald voor een werk van een levende kunstenaar.[1]
In juli 2008 werd zijn Balloon Flower (Magenta) verkocht door veilinghuis Christie's in London voor $25.7 miljoen.
Auteur | | |
Taal | | Engels |
Type | | Paperback |
Categorie | | Kunst & Fotografie |