Zonnestralen in School en Huis
Uittreksel (April):
Dat kleine kindertjes zich dikwijls laten foppen, nu ja, dat is te begrijpen: ze zijn ook nog zoo onnoozel, ze weten nog niet beter. Dat groote kinderen, ja, dat zelfs groote menschen zich voor een enkelen keer beet laten nemen, dat kan gebeuren, en niemand vindt het zoo heel erg, ieder is op zijne beurt wel eens een beetje dom. Maar dat een jongen van twaalf jaar maar dadelijk alles gelooft, wat men hem vertelt, dat zoo’n groote jongen zich nu letterlijk van alles op de mouw laat spelden, dat is toch al te dwaas. Nu, en zoo’n jongen heb ik gekend. Hij is nu van een onnoozelen grooten jongen al lang een knappe groote mijnheer geworden, en als hij dit leest, zal hij er zeker even hartelijk om lachen, als jullie zult doen.
O, als ik wou, dan zou ik je heel wat mooie geschiedenissen van hem kunnen vertellen, wel een boek zou ik er vol van kunnen schrijven. Als ik wou—ja, maar ik wil niet. Ik kies uit al de grappen, die er met hem gebeurd zijn, alleen de allermooiste, en daarmee moet je dan maar tevreden zijn, hoor!
INHOUDSOPGAVE
De Sprookjesfee. Van de Pepernoten en den Doedelzak. Op de Horens genomen. Een Droom. Een Diefen Geen Dief. Het Zilveren Lucifersdoosje. April! Ten Oosten van de Zon en ten Noorden van de Aarde. Juist Goed! Weer van eene Fee. Kalif Ooievaar. Onder den Tooverboom. Het betooverde Horloge. De Visscher en zijne Vrouw. De Geluksklok.
Auteur | | Henriëtte Dietz |
Taal | | Nederlands |
Type | | E-book |
Categorie | | Literatuur & Romans |